Mobiliteit verandert in sneltempo, met koolstofvrij rijden als (voorlopig) eindstation. Vanaf 2026 moeten wagens met een verbrandingsmotor immers stelselmatig op de schop, en zullen enkel nog volledig groene wagens kunnen genieten van een fiscaal gunsttarief. En die groene wagens vallen ook in het straatbeeld steeds meer op. Waar een Tesla vroeger een unicum leek, hebben zowat alle autoconstructeurs op vandaag minstens één elektrisch model in het gamma.
Echter, los van die prachtige nieuwe voertuigen, hinkt vooral de laadinfrastructuur behoorlijk achterop. Want naarmate het aantal elektrische voertuigen verder zal groeien – en dit zal zich voor alle duidelijkheid razendsnel manifesteren – moet ook de hoeveelheid laadpunten in evenredigheid toenemen. Een fikse uitdaging, die speelt op verschillende terreinen: in het straatbeeld, op het werk en thuis! Bij Ensoltec helpen we je graag verder!
Mobiliteit verandert in sneltempo, met koolstofvrij rijden als (voorlopig) eindstation. Vanaf 2026 moeten wagens met een verbrandingsmotor immers stelselmatig op de schop, en zullen enkel nog volledig groene wagens kunnen genieten van een fiscaal gunsttarief. En die groene wagens vallen ook in het straatbeeld steeds meer op. Waar een Tesla vroeger een unicum leek, hebben zowat alle autoconstructeurs op vandaag minstens één elektrisch model in het gamma.
Echter, los van die prachtige nieuwe voertuigen, hinkt vooral de laadinfrastructuur behoorlijk achterop. Want naarmate het aantal elektrische voertuigen verder zal groeien – en dit zal zich voor alle duidelijkheid razendsnel manifesteren – moet ook de hoeveelheid laadpunten in evenredigheid toenemen. Een fikse uitdaging, die speelt op verschillende terreinen: in het straatbeeld, op het werk en thuis! Bij Ensoltec helpen we je graag verder!
Wat laadpalen betreft, laden bestuurders hun elektrisch voertuig ongeveer 70% van de tijd thuis op. Ongeveer 20% laadt men op het werk op, en een geringe 10% spendeert men aan publieke laadpalen.
Dat elektrische bedrijfswagens héél binnenkort de norm worden, is inderhaast wel geweten. Wat minder bekendheid geniet, is dat sommige nieuwe gebouwen en parkings met een omgevingsvergunning na 11 maart 2021 ook verplicht zijn om laadinfrastructuur te voorzien. Ook voor bestaande niet-residentiële gebouwen met meer dan 20 parkeerplaatsen is deze nieuwe regelgeving van toepassing. Dat betekent dat elk bedrijf met behoorlijk wat personeel tegen uiterlijk 1 januari 2025 (minstens) 2 laadpalen moet voorzien.
Dat elektrische bedrijfswagens héél binnenkort de norm worden, is inderhaast wel geweten. Wat minder bekendheid geniet, is dat sommige nieuwe gebouwen en parkings met een omgevingsvergunning na 11 maart 2021 ook verplicht zijn om laadinfrastructuur te voorzien. Ook voor bestaande niet-residentiële gebouwen met meer dan 20 parkeerplaatsen is deze nieuwe regelgeving van toepassing. Dat betekent dat elk bedrijf met behoorlijk wat personeel tegen uiterlijk 1 januari 2025 (minstens) 2 laadpalen moet voorzien.
Op vandaag lijkt het gros van de eigenaars van een elektrische bedrijfswagen aangewezen op publieke laadpalen of eventueel laadpalen op het werk. Elk hebben ze echter ook een belangrijk nadeel. Waar bij publiek ‘tanken’ de prijs per minuut en per kilowattuur snel kan oplopen. – tot 5 keer zo hoog dan laden op het werk -, ebben de voordelen van die tweede optie stelselmatig weg voor werknemers die minder dicht bij het werk wonen.
Het kan dus een optie zijn om als werkgever bij die werknemers met een elektrische bedrijfswagen zelf een laadpaal te laten plaatsen. De voordelen zijn ernaar. Want naar analogie met een tankkaart voor voertuigen met een verbrandingsmotor is er op die manier geen gedoe met bonnetjes. Door de integratie van slimme monitoringsystemen kunnen alle laadgegevens meteen worden opgeroepen in een beheerplatform, om zo het stroomverbruik terug te kunnen betalen.
Op vandaag lijkt het gros van de eigenaars van een elektrische bedrijfswagen aangewezen op publieke laadpalen of eventueel laadpalen op het werk. Elk hebben ze echter ook een belangrijk nadeel. Waar bij publiek ‘tanken’ de prijs per minuut en per kilowattuur snel kan oplopen. – tot 5 keer zo hoog dan laden op het werk -, ebben de voordelen van die tweede optie stelselmatig weg voor werknemers die minder dicht bij het werk wonen.
Het kan dus een optie zijn om als werkgever bij die werknemers met een elektrische bedrijfswagen zelf een laadpaal te laten plaatsen. De voordelen zijn ernaar. Want naar analogie met een tankkaart voor voertuigen met een verbrandingsmotor is er op die manier geen gedoe met bonnetjes. Door de integratie van slimme monitoringsystemen kunnen alle laadgegevens meteen worden opgeroepen in een beheerplatform, om zo het stroomverbruik terug te kunnen betalen.
Thuisladen kan ofwel via een klassiek stopcontact (Mode 2-laden), ofwel via een laadpaal (Mode 3-laden). Laad je via een gewoon stopcontact (weliswaar met de speciale laadkabel en adapter), dan verzeker je je per uur van ruwweg 12 extra kilometer actieradius. Afhankelijk van het voertuig in kwestie, ben je voor een volledige oplaadbeurt zo al snel 10 uurtjes zoet.
Opteer je echter voor de plaatsing van een laadpaal dan valt die laadtijd terug tot 4 à 6 uur.
Thuisladen kan ofwel via een klassiek stopcontact (Mode 2-laden), ofwel via een laadpaal (Mode 3-laden). Laad je via een gewoon stopcontact (weliswaar met de speciale laadkabel en adapter), dan verzeker je je per uur van ruwweg 12 extra kilometer actieradius. Afhankelijk van het voertuig in kwestie, ben je voor een volledige oplaadbeurt zo al snel 10 uurtjes zoet.
Opteer je echter voor de plaatsing van een laadpaal dan valt die laadtijd terug tot 4 à 6 uur.
Enkel bij de gratie van (voldoende) laadinfrastructuur kan de uitrol van een verregaande elektrificatie van het Belgische (bedrijfs)wagenpark worden bewerkstelligd.
Wie als particulier investeert in een laadpaal, kan om die reden momenteel van een belastingsvoordeel genieten van maximum 1500 euro (per laadpaal en per belastingsplichtige). Die belastingsvermindering voor particulieren bedraagt:
45% voor uitgaven betaald tussen 01/09/21 en 31/12/22
30% voor uitgaven betaald tussen 01/01/23 en 31/12/23
15% voor uitgaven betaald tussen 01/01/24 en 31/08/24
Om hiervoor in aanmerking te komen, moet het wel gaan om een intelligent laadstation, dat enkel gebruik maakt van groene stroom. En die groene stroom kan ofwel worden geleverd door een elektriciteitsmaatschappij (via een contract voor 100% groene stroom), ofwel via een eigen zonne-installatie.
Voor bedrijven krijgt dit fiscale voordeel de vorm van een verhoogde kostenaftrek, die geldt voor de periode van 01/09/2021 tot 31/08/24. De aftrekpercentages die worden aangehouden voor bedrijven zijn:
200% aftrek voor investeringen verricht tussen 01/09/21 en 31/12/22
150% aftrek voor investeringen verricht tussen 01/01/23 en 31/08/24
Een belangrijke voorwaarde om te kunnen genieten van deze verhoogde kostenaftrek, is dat de laadinfrastructuur publiek toegankelijk moet zijn voor derden, tijdens, maar ook buiten de kantooruren. De laadinfrastructuur moet bovendien worden gemeld aan de FOD Financiën zodat de beschikbare laadstations in kaart kunnen worden gebracht.
Wil je meer weten? Download onze informatiebrochure en ontdek alles in één oogopslag! Met een paar klikken ben je helemaal up-to-date.
© Ensoltec - BE 0818.470.855 - Privacy Policy